“Er zijn veel overeenkomsten tussen palliatieve zorg en de zorg voor thuiswonende kwetsbare ouderen”, aldus Astrid Kodde, huisarts, kaderarts palliatieve zorg en medisch adviseur bij stichting PaTz. “We markeren patiënten in de palliatieve fase vaak met de surprise question (SQ). Ook bij thuiswonende kwetsbare ouderen is het antwoord op de SQ dikwijls ‘nee’, ik zou niet verbaasd zijn als deze patiënt komend jaar komt te overlijden’. Of je nu kwetsbaar bent door hoge leeftijd en vele (kleine) kwalen, of dat je kwetsbaar bent door een aandoening waarbij genezing niet meer mogelijk is: je hoopt dat er aandacht is voor lichamelijke, psychische, sociale en existentiële aspecten. En dat er aandacht is voor wat er belangrijk is in het stuk(je) leven dat voor je ligt. Ik denk dat palliatieve zorg en zorg voor kwetsbare ouderen meer door verschillende organisaties en verschillende ontstaansgeschiedenissen verschillend zijn, dan dat de zorg inhoudelijk zo verschillend is. Het gaat uiteindelijk om deskundige, anticiperende zorg door een goed samenwerkend team.
Voor wat betreft het actualiseren en delen van proactieve zorgplanning (PZP) gegevens met andere zorgverleners, moet ik dat nu op meerdere plekken, via verschillende communicatiekanalen doen: overdracht naar medebehandelaren in het ziekenhuis, collega’s op de huisartsenpost, de thuiszorg. Het zou fijn zijn als op één plek actuele informatie over PZP gevonden kan worden, zonder dat dubbele registratie nodig is.
Zo verkleinen we de kans dat we zorg bieden die niet bij de patiënt past. Het is zo verdrietig en frustrerend als een patiënt wensen wel geuit heeft, maar deze niet bij de betrokken zorgverleners terecht zijn gekomen. Dat iemand in het ziekenhuis lang op de SEH ligt, wordt opgenomen en in het ziekenhuis sterft, terwijl thuisblijven de wens was. Daarnaast neemt voor zorgverleners de registratielast af, wat niet alleen het werkplezier vergroot, maar belangrijker: daardoor is er meer tijd voor patiëntencontact.”